Innerlijke kracht van veranderen: Inner Development Goals (IDG’s) – Column Fishtrend

‘Be the change you wish to see in the world’ is een gevleugelde uitspraak die heel treffend is als het gaat om veranderen. Het is niet verrassend dat veranderen vaak weerstand oproept; je moet immers het bekende loslaten om het onbekende te kunnen omarmen. Bovendien werkt je omgeving meestal ook niet graag mee aan verandering. Adviezen in de trant van ‘de ander moet eerst veranderen’, ‘er verandert toch niets’ en ‘veranderen is niet nodig’ zijn dan weinig bemoedigend. Maar als je moed het wint van de weerstand dan gaat er echt iets veranderen. Je neemt zelf het roer in handen en jij bepaalt waar je naar toe gaat. De innerlijke kracht van veranderen is iets waar je als persoon trots op mag zijn.

06 juli 2025

SDG’s

In 2015 introduceerden de Verenigde Naties de Sustainable Development Goals (SDG’s): zeventien ambitieuze doelstellingen die tegen 2030 een einde moeten maken aan extreme armoede, ongelijkheid en klimaatverandering. Van schoon drinkwater en kwaliteitsonderwijs tot gendergelijkheid en klimaatactie – de SDG’s vormen een krachtig moreel en beleidsmatig kompas.

Maar hoe komt het dat de vooruitgang op veel van die doelen stagneert? Waarom hebben we, ondanks technologie, wetenschap en miljardeninvesteringen, nog steeds zo’n moeite met structurele vooruitgang? Het antwoord is pijnlijk simpel: we hebben te weinig aandacht voor de persoonlijke drijfveren van de verandering. We wachten tot de ander in beweging komt, het mist aan innerlijke kracht tot veranderen.

In 2022 werd daarom het initiatief van de Inner Development Goals (IDG’s) gelanceerd – een internationaal project dat wil blootleggen welke innerlijke vaardigheden mensen nodig hebben om duurzame verandering daadwerkelijk mogelijk te maken. Want zonder bewustzijn, empathie, samenwerking en veerkracht blijven de SDG’s een papieren droom.

Vijf dimensies

De IDG’s zijn onderverdeeld in vijf dimensies, elk met specifieke kwaliteiten (vrij vertaald):

  1. Zelfbewustzijn: Wat vind jij belangrijk?
  2. Denken: Hoe realiseer je wat voor jou belangrijk is? Wat is je visie?
  3. Verbinden: Hoe verbind je met anderen, ook als die anders denken?
  4. Samenwerking: Hoe werk je constructief samen?
  5. Waarde gedreven actie: Kom je in actie ook als het moeilijk is?

Willen we de SDG’s echt realiseren, dan moeten we het verhaal van duurzaamheid verbreden. Het gaat niet alleen om techniek, beleid of gedragsverandering. Het gaat ook – en misschien wel vooral – om bewustzijnsgroei. Om de ontwikkeling van de mens als innerlijke bron van verandering. Hoe kan ik nu zelf aan de slag met de IDG’s?

Werk aan de winkel

Als ik hier zo over nadenk dan is er voor mij nog het nodige werk aan de winkel. Om maar te beginnen met wat ik belangrijk vind, de eerste dimensie (IDG1); goede voeding. Tijdens het 25-jarig jubileum van de Redersvereniging voor de Zeevisserij werd ik geboeid door het verhaal van dokter Remco Kuipers over het Oer Dieet. Ik heb zijn boek direct gekocht en gelezen. Pure voeding, eenvoudig, gewoon verkrijgbaar in de supermarkt en bij de detailist, die je lichaam echt voedt. Meer onbewerkte groenten, fruit, noten, vlees, vis, schaal- en schelpdieren eten, en minder ongezond snacken.

Inmiddels is wel bekend dat voedsel uit zee over het algemeen rijk is aan de essentiële Omega 3 vetzuren. Essentieel omdat ze nodig zijn om het menselijk lichaam goed te laten functioneren. Nu u eet ik graag vis, maar ik voldoe zelden aan de 2x per week norm van het Voedingscentrum. En als ik de dokter van het Oer Dieet goed begrijp dan zou je zelfs dagelijks vis, schaal- en schelpdieren moeten eten. Ik zal dus in actie moeten komen; de vijfde dimensie (IDG5).

Nu woon ik in een klein dorp, waar regelmatig de magere kwark, blikjes makreel, haring en sardine, op bepaalde dagen van de week zijn uitverkocht. Blijkbaar zijn meer dorpsgenoten bezig met gezonde voeding. En dus zal de lokale retailer ook in actie moeten komen, omdat hij merkt dat de gezonde producten meer in trek zijn en de ongezonde snacks blijven liggen in het schap.

En als die gezonde producten ook nog eens met zorg voor klimaat, milieu en mensen worden geproduceerd en geleverd, dan verandert de wereld in de goede richting. Voor dat laatste, een duurzame voedselketen, is natuurlijk veel meer nodig dan alleen goede voeding eten. Het gaat dan over het ontwikkelen van een visie, verbinding zoeken met anderen en daarmee constructief samenwerken. Dat komt overeen met de overige IDG’s 2 t/m 5.

Groot voordeel voor visketen

Onze visketen heeft een groot voordeel, namelijk dat de vis, schaal- en schelpdieren uit zee van nature oergezond zijn. Om tot een duurzame visketen te komen moet er nog wel het nodige gebeuren. Er zijn verbeteringen mogelijk op het gebied van klimaat, milieu, arbeid en de manier waarop we zaken doen. Maar, ieder individu kan het verschil gaan maken. Het begint vandaag met een persoonlijke beslissing die een ketenreactie kan veroorzaken. De Inner Development Goals kunnen daarbij helpen.

Misschien is dat wel de grootste uitdaging van deze eeuw: niet de wereld veranderen, maar leren hoe we onszelf veranderen, of wel ‘Be the change you wish to see in the world’.

Deze column in Fishtrend is afkomstig van Derk Jan Berends, management consultant (ESG) bij Empact Consulting B.V. Kijk voor meer informatie op: www.empact.nu.

In gesprek met Derk Jan over de VSME: “Eigenlijk zit duurzaamheid al in het DNA van veel mkb-bedrijven” (Artikel Empact Consulting)

Met de nieuwe CSRD-wetgeving worden grote bedrijven gedwongen om meer te rapporteren over hun duurzaamheidsinspanningen en die van hun keten. Van mkb-bedrijven die zich in de ketens van CSRD-plichtige bedrijven bevinden, wordt op dit gebied dus ook het nodige verwacht. Hierbij biedt de Voluntary Sustainability Reporting Standard for SME’s (VSME) uitkomst. 

Wij spraken met Empact consultant Derk Jan over hoe de VSME-aanpak mkb-ondernemers niet alleen kan helpen te voldoen aan verplichtingen, maar ook een krachtig instrument is om je bedrijf klaar te maken voor de toekomst.

“Een goed opgemaakte VSME-rapportage scheelt mkb-ondernemers enorm veel werk.”

De VSME als praktische oplossing

“Voor mkb-ondernemers die over duurzaamheid willen rapporteren vormen vooral capaciteit en kennis een uitdaging,” vertelt Derk Jan. “Hoewel mkb-bedrijven zelf meestal niet CSRD-plichtig zijn, hebben ze toch te maken met data- en informatieverzoeken van hun klanten die wél onder de CSRD-wetgeving vallen. Wanneer grote klanten verschillende soorten duurzaamheidsinformatie vragen, kost het veel tijd om daaraan te voldoen.”

De VSME-standaard biedt hier een oplossing. “Deze vrijwillige standaard is specifiek ontwikkeld voor het mkb, zodat ondernemers op een gestandaardiseerde manier informatie kunnen aanleveren die voldoet aan de CSRD-vereisten van de ketenpartners.”

Dit heeft direct praktische voordelen. “Met deze aanpak voldoe je niet alleen aan de vragen van klant A, maar in één klap ook aan die van B, C en D. Volgens de CSRD-standaard mogen klanten niet meer vragen dan wat daadwerkelijk in de VSME-rapportage wordt geëist. Een goed opgemaakte VSME-rapportage scheelt mkb-ondernemers dus enorm veel werk.”

Early adopters plukken de vruchten

“We begeleiden Ducky Dons, een Nederlandse fabrikant van donzen dekbedden en kussen, die als een van de eerste met VSME aan de slag ging,” vertelt Derk Jan. “Voor hen kwam VSME op het perfecte moment. Ze hadden al een stevig duurzaamheidsbeleid en zagen VSME als logische volgende stap om dit te formaliseren en breder te communiceren.”

Wat begon als een opdracht voor een basisrapportage, ontwikkelde zich snel tot een strategisch traject. “De ondernemer was zo enthousiast dat hij verder wilde kijken dan alleen de verplichte elementen. We hebben een dubbele materialiteitsanalyse uitgevoerd die hun duurzaamheidsfocus heeft aangescherpt, gevolgd door een volledige herijking van hun ESG-strategie en beleid.”

 “Deze ondernemer concurreert met producenten uit China en andere lagelonenlanden. Doordat zij vooral met dons en veren uit Nederland werken, hebben ze een veel betere controle over hun keten – van arbeidsomstandigheden tot dierenwelzijn. VSME biedt hun nu een gestructureerd raamwerk om dit verhaal overtuigend te kunnen vertellen aan klanten en eindconsumenten.”

Het bedrijf zet duurzaamheid ook in als innovatiestimulans. “Ze hebben een circulair proces ontwikkeld waarbij dons en veren uit oude dekbedden wordt gerecycled. Hoewel hun producten iets duurder zijn door de Nederlandse productie, maken deze duurzame innovaties hen steeds aantrekkelijker voor bewuste consumenten én voor grote retailers die zelf aan strengere duurzaamheidseisen moeten voldoen.”

“Grondstoffen, arbeid en financiering zijn de drie pijlers voor ieder mkb-bedrijf. Verduurzaming betekent continuïteit – het is eigenlijk hetzelfde, alleen noemen we het tegenwoordig verduurzaming. De focus van de meeste mkb-ondernemers ligt op continuïteit”

Van rapport naar waarde

Hoe zorgen we ervoor dat duurzaamheidsrapportage niet slechts een administratieve last wordt, maar juist een strategisch voordeel? “Duurzaamheidsrapportage moet waarde toevoegen, niet alleen tijd kosten,” benadrukt Derk Jan. “Daarom bieden we drie verschillende VSME-servicepakketten die aansluiten bij wat een ondernemer nodig heeft.”

VSME Basis is er voor ondernemers die efficiënt willen voldoen aan informatiebehoeften uit de keten. “Je krijgt een overzichtelijke rapportage met essentiële informatie die je direct kunt delen met klanten. Snel, praktisch en zonder poespas.”

Bij VSME Verdieping breng je focus aan: “We voeren een dubbele materialiteitsanalyse uit volgens de ESRS-standaard, die laat zien welke duurzaamheidsthema’s écht belangrijk zijn voor jouw bedrijf. Dit geeft richting aan je inspanningen.”

VSME Strategische Impact transformeert rapportage naar strategisch voordeel: “We ontwikkelen een volledige ESG-strategie met concrete doelstellingen en een communicatieaanpak, volledig geïntegreerd in je bedrijfsvoering.”

“Veel ondernemers starten met het basisniveau maar willen snel verder,” concludeert Derk Jan. “Ze zien dat duurzaamheid hen helpt om zich te onderscheiden van concurrenten in de markt. Eenmaal begonnen, wordt het een integraal onderdeel van je bedrijfsvoering dat continu waarde blijft toevoegen.”

Nu starten is een strategische keuze

Waarom zouden mkb-ondernemers vandaag al beginnen met duurzaamheid, in plaats van te wachten tot het wettelijk verplicht wordt? Derk Jan ziet drie kritieke uitdagingen die mkb-bedrijven nu al raken.

“Als eerste zijn er de grondstoffen. Mkb-ondernemers zitten vaak als eerste in de positie van ontvanger van grondstoffen. Door droogte en andere klimaateffecten kunnen bepaalde grondstoffen schaars worden. Als je in de textiel zit en merkt dat katoen steeds lastiger wordt om te verkrijgen, is dat een direct probleem. Door samen met je toeleveringsketen te verduurzamen, kun je de continuïteit beter waarborgen.”

Een tweede cruciaal punt is toegang tot kapitaal. “Kapitaalverstrekkers willen steeds minder investeren in bedrijven die tot de ‘oude economie’ behoren. Als je als mkb-bedrijf in de toekomst financiering wilt krijgen, is een goed duurzaamheidsbeleid essentieel.”

Tot slot is er de arbeidsmarkt. “De arbeidsmarkt is krap en blijft dat voorlopig. Als je niet duurzaam bent of slechte arbeidsomstandigheden biedt, krijg je problemen met het vinden en behouden van personeel.”

“Grondstoffen, arbeid en financiering zijn de drie pijlers voor iedere mkb-onderneming. Verduurzaming betekent continuïteit – het is eigenlijk hetzelfde, alleen noemen we het tegenwoordig verduurzaming.”

“Veel ondernemers starten met het basisniveau maar willen snel verder,” concludeert Derk Jan. “Ze zien dat duurzaamheid hen helpt om zich te onderscheiden in de markt. Eenmaal begonnen, wordt het een integraal onderdeel van je bedrijfsvoering dat continu waarde blijft toevoegen.”

De impact van samen in actie komen

“Wat we vaak horen is: ‘Wij zijn maar een kleine speler, wat kunnen wij nou betekenen?’” vertelt Derk Jan. “Die gedachte is begrijpelijk, maar vergeet niet dat alle mkb-bedrijven samen een immense impact hebben op de Nederlandse economie en samenleving.”

Hoewel de individuele invloed van een mkb-bedrijf inderdaad beperkt kan lijken, benadrukt Derk Jan twee belangrijke manieren waarop kleinere ondernemers toch verschil kunnen maken: “Je kunt perspectief en inspiratie bieden aan anderen door te laten zien hoe het wél kan. Een praktisch voorbeeld van duurzame bedrijfsvoering spreekt vaak meer aan dan duizend woorden.”

Daarnaast wijst hij op het belang van organisatie: “Door je aan te sluiten bij brancheverenigingen en collectief je stem te laten horen, versterk je je positie aanzienlijk. Samen hebben mkb-ondernemers juist enorm veel invloed op hoe ketens zich ontwikkelen.”

Continuïteit als kernwaarde

Derk Jan is optimistisch over de toekomst van duurzaamheid in de mkb-sector. “Ik geloof er sterk in dat mkb-ondernemers met duurzaamheid aan de slag gaan, mede omdat het vaak familiebedrijven zijn die verder vooruitkijken. Winst is voor hen niet het hoogste goed; ze kijken altijd naar continuïteit.”

Die mentaliteit past perfect bij duurzaamheid. “Eigenlijk zit duurzaamheid al in het DNA van veel mkb-bedrijven, omdat ze altijd al op die manier hebben gedacht. Ze willen ook over honderd jaar nog bestaan, dus doen ze er alles aan om op alle vlakken de duurzaamheidsslag te maken. Niet omdat het moet, maar omdat ze anders zien dat hun bestaansrecht verdwijnt.”

Meer weten over onze VSME-pakketten of hoe wij jouw mkb-onderneming kunnen helpen met duurzaamheid? Neem gewoon contact op of lees hier meer over de VSME-pakketten.

Zonder arbeidsmigrant geen productie – maar tegen welke prijs (Column Fishtrend)

02 april 2025

De Nederlandse economie draait op mensen, en steeds vaker zijn dat mensen van buiten onze landsgrenzen. Van kennismigranten uit India of China tot arbeidsmigranten uit Polen, Oekraïne en Bulgarije – in alle sectoren zijn ze onmisbaar. Ook in de visverwerkende sector. Volgens de Adviesraad Migratie zijn er inmiddels zo’n 800.000 arbeidsmigranten actief in ons land. Zij houden productieprocessen draaiende, vullen personeelsgaten op en zorgen ervoor dat bedrijven hun beloften kunnen waarmaken. Maar dan rijst de vraag: hoe zorgen we dat die bijdrage eerlijk verloopt?

Want ondanks alle mooie woorden en beleidsvoornemens blijven er hardnekkige signalen binnenkomen over misstanden. Uitbuiting, onderbetaling, lange werkdagen, slapen op de werkvloer – ja, zelfs in Nederland. De Arbeidsinspectie rapporteerde het afgelopen jaar opnieuw schrijnende situaties. En dat terwijl juist deze groep mensen ons door personeelsschaarste helpt overeind te blijven. Hoe kan het dan dat we hun positie zo weinig beschermen?

Beweging

Tegelijkertijd is er beweging. Wetgeving is aangescherpt, krapte op de arbeidsmarkt dwingt werkgevers tot betere omstandigheden, en steeds meer bedrijven beseffen dat goed werkgeverschap ook strategisch voordeel biedt. Maar de praktijk leert dat het verschil tussen papieren ambities en daadwerkelijke verbetering groot blijft. En dat vormt een risico – niet alleen voor mensen, maar ook voor de continuïteit van bedrijven zelf.

Volgens het CBS vertrekt meer dan 60% van de EU-arbeidsmigranten binnen vijf jaar weer uit Nederland. Niet alleen lopen daarmee waardevolle krachten de deur uit, maar ook opgebouwde kennis, ervaring en stabiliteit. Voor een sector als de visverwerking, waar flexibiliteit en vakmanschap samenkomen, is dat een kwetsbaar scenario. Zeker nu steeds minder mensen bereid zijn hun leven elders achter te laten voor werk in een koude fabriekshal – ook niet voor een goed salaris.

Tijd voor een andere benadering

Daarom is het tijd voor een andere benadering. De visketen heeft net als veel andere voedingsketens arbeidsmigranten keihard nodig, maar dan wel op een manier die toekomstbestendig is. Dat begint met het erkennen van hun waarde – en het aanpakken van de schaduwkanten van het huidige systeem. De meeste arbeidsmigranten worden via detacheerders ingehuurd. Veel doen hun werk goed. Maar we weten inmiddels dat er ook malafide tussenpartijen opereren. Zijn we bereid om dat hardop te benoemen? En om daar structureel op te controleren?

Extra uitdaging

Een extra uitdaging: veel migranten willen in korte tijd zoveel mogelijk verdienen en zo weinig mogelijk uitgeven. Huisvesting wordt dan voor de migrant een kostenpost, geen kwaliteitsvraag. Voor sommigen voelt dat als keuzevrijheid – maar in de praktijk leidt het vaak tot onmenselijke situaties.  Dat er sprake is van uitbuiting van een deel van deze arbeidsmigranten, zien ze zelf niet altijd zo. En zolang ze zelf niet klagen en gewoon hard werken, is er voor veel bedrijven geen urgentie om actie te ondernemen.

Het kan anders

Toch kán het anders. Kijk naar OTTO Work Force, een klant van Empact, die arbeidsmigranten detacheert op basis van een andere filosofie: ‘We take care of our people.’ Geen loze slogan, maar een aanpak waarbij due diligence het fundament vormt. Een werkwijze waarin risico’s niet worden weggemoffeld maar benoemd, beheerst en geminimaliseerd. En met een duidelijke visie: werk en huisvesting moeten worden ontkoppeld – om echte keuzevrijheid en bescherming te garanderen.

Dat is geen zachte boodschap, maar wel een noodzakelijke. Want als we mensen nodig hebben om onze ketens draaiende te houden, dan moeten we ook verantwoordelijkheid nemen voor hun welzijn. Niet omdat het moet door wetgeving – maar omdat het fatsoenlijk is. En omdat het op termijn simpelweg de enige manier is om te kunnen blijven groeien.

De visketen van morgen is niet alleen schoon en efficiënt – maar ook eerlijk en mensgericht. De kaders zijn er. De voorbeelden ook. Wat rest, is de wil om te handelen. Zullen we daar dan maar mee beginnen?

Deze column is afkomstig van Derk Jan Berends, management consultant (ESG) bij Empact Consulting B.V. Kijk voor meer informatie op: www.empact.nu.

Hoe houden we de winkel open tijdens de verbouwing? (Column Fishtrend)

04 maart 2025

De strijd tussen de oude en nieuwe economie is in volle gang. Europa wil in 2050 klimaatneutraal en volledig circulair zijn, maar de vraag is: hoe behouden we in de tussentijd onze concurrentiekracht? Of populair gezegd: Hoe houden we winkel open tijdens de verbouwing?

Dit spanningsveld tussen de korte en lange termijn vormt de kern van het debat. Op korte termijn lijkt duurzaamheid een kostenpost, een bedreiging voor marges en continuïteit. Op lange termijn is het echter de enige manier om te overleven. Meer welvaart voor een groeiende wereldbevolking betekent dat de druk op grondstoffen, het klimaat en het milieu wereldwijd toeneemt. De vraag is niet of we moeten verduurzamen, maar hoe we dit doen zonder traditionele bedrijven omver te trekken. Grote multinationals kunnen investeren in innovatie, maar veel familiebedrijven, zoals in de Nederlandse visketen, die vaak van generatie op generatie zijn doorgegeven, missen vaak die financiële buffer.

Hier komt de politiek in beeld. De Green Deal moet Europa leiden naar een duurzame toekomst, maar als deze transitie niet eerlijk wordt vormgegeven, dan verliezen bedrijven hun concurrentiekracht. Een evenwichtige transitie vereist slimme beleidskeuzes. Overheden kunnen bedrijven in de visketen helpen bij het ontwikkelen van en investeren in duurzame oplossingen zonder hen uit de markt te prijzen. Denk aan subsidies voor emissiearme vissersschepen en lage impact vangtechnieken, belastingvoordelen voor bedrijven die innoveren en investeren in duurzame technieken, en importheffingen voor visproducten uit niet-duurzame aanvoerketens. Maar ook doorgaan met het ontwikkelen van kaders die bedrijven aanzetten om hun negatieve impact op het klimaat, milieu en mensen te verlagen. Voor investeerders zoals banken is dat namelijk weer een stimulans om langjarig in visbedrijven te investeren. En zo ontstaat er een sneeuwbaleffect op het gebied van verduurzamen.

Zeker nu de geopolitieke spanningen zorgen voor veel onzekerheid, ook binnen de Europese Unie, is het belangrijk om de duurzame koers vast te houden. De Green Deal biedt toekomstperspectief en volop kansen voor bedrijven in de visketen. Natuurlijk zijn er tegenkrachten die er alles aan doen om juist niet te hoeven veranderen. Maar uiteindelijk is iedereen gebaat bij een duurzame visketen en de overheid zou daar dus sturend in moeten blijven optreden.

De komende jaren kan de Nederlandse visketen zich verder ontwikkelen tot een koploper in duurzaamheid en winstgevendheid. De overheid schept de kaders en biedt steun voor de overbrugging, de bedrijven in de visketen doen de rest. We moeten niet onderschatten wat de kracht is van hun ambitie en inzet; niets is onmogelijk voor hen die willen. Zo blijft de winkel open tijdens de verbouwing. Hoe mooi is dat?

Deze column is afkomstig van Derk Jan Berends, management consultant (ESG) bij Empact Consulting B.V. Kijk voor meer informatie op: www.empact.nu.

Hoe versnellen we de transities naar een duurzame economie?

De psychologie van markttransformatie kort uitgelegd. Dit is onderdeel van de 4-daagse training die ik met toenemende belangstelling volg met de toepasselijke naam #ChangingtheGame over #systeemverandering met een missie (transmissie). Of het nu gaat over het verduurzamen van de textielketen, de #agrifoodketen of de #fishfoodketen, deze systemen gaan, opmerkelijk genoeg, allemaal door dezelfde fasen heen. Het goede nieuws daarvan is dat het ons in staat stelt om de spelregels van het huidige systeem te veranderen, waardoor er een duurzaam toekomstperspectief ontstaat. https://voortrekker.eu/wp-content/uploads/2024/06/Psychology-of-Market-Transformation_ENG.pdf

Derk Jan Berends

Impact ondernemer willen zijn

Je leest en hoort steeds vaker het woord ‘Impact’. Impact wordt in de Van Dale omschreven als ‘uitwerking, invloed, effect’. Het kan in positieve en negatieve context worden gebruikt. In combinatie met ondernemen wordt het vaak gelinkt aan een positief effect op de omgeving, ofwel het milieu en de maatschappij. Een impact ondernemer is dan iemand die naast het maken van winst, een positieve bijdrage wil leveren aan het milieu en de maatschappij. Dat is niet alleen sympathiek maar is steeds meer de norm om nu en vooral in de nabije toekomst te kunnen ondernemen.

De Erasmus Universiteit heeft zelfs een Erasmus Corporate Impact Index ontwikkeld waarmee jaarlijks de 100 grootse bedrijven in Nederland worden geanalyseerd op hun maatschappelijke bijdrage. De vijf pijlers die daarvoor worden gebruikt zijn: goed bestuur, relatie met de buitenwereld, duurzaamheid, financiële gezondheid en werkgeverschap . De top-20 worden de ‘voortrekkers’ genoemd. In 2023 waren dat onder andere Tennet Holding, A.S.R en ASML (bron: Impact Centre Erasmus).

Impact neemt ook een belangrijke plaats in de verplichte rapportage richtlijn van de Europese Unie; de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Brussel eist van grote ondernemingen dat ze gaan rapporteren over hun impact op de omgeving (milieu en maatschappij) en over de financiële impact van die omgeving op de onderneming. De zogenaamde ‘dubbele materialiteit’ van Environmental Social Governance (ESG). De verplichte impact rapportage houdt niet op bij de onderneming zelf, maar werkt door in de gehele waardeketen. Een grote onderneming heeft, om haar dubbele impact te kunnen analyseren, informatie nodig van zijn leveranciers, die op hun beurt weer informatie nodig hebben van hun leveranciers, etc. Op de manier wordt ook van kleine ondernemers verwacht dat ze hun impact in kaart brengen.

Eigenlijk is impact ondernemen heel logisch. Ondernemers zijn gewend om in te spelen op veranderingen, dat is in feite het wezen van ondernemer zijn. ‘Als het getij verloopt moet men de bakens verzetten’ is actueler dan ooit. Er zijn grote maatschappelijke problemen zoals het verlies aan biodiversiteit, slechte waterkwaliteit en toenemende polarisatie. Overheid, bedrijfsleven en burgers kunnen die problemen samen oplossen. Bedreigingen omzetten in kansen is bij uitstek waar impact ondernemers goed in zijn. Door samen te werken kunnen we hele systemen veranderen (transitie) en daarmee vergroten we onze impact op het milieu en de maatschappij. Een mooie toekomst voor ons allemaal.

Het is mijn ambitie om een impact ondernemer te zijn en echt bij te dragen aan die mooie toekomst voor ons allemaal. Dat doe ik door organisaties te ondersteunen bij het concretiseren en daadwerkelijk realiseren van een duurzame bedrijfsvoering. Ik help graag bij het ontwikkelen van een ESG-strategie en het vertalen ervan in concrete programma’s, projecten en andere activiteiten. In de rol van bestuurder en manager heb ik tientallen jaren kennis en ervaring opgedaan met het ontwikkelen van beleid, het realiseren van strategische veranderingen, het motiveren van teams en het omgaan met weerstanden. Ik heb een brede belangstelling, ben verbindend en ondernemend.

De afgelopen 15 maanden was ik MVO-programmamanager bij Cornelis Vrolijk in IJmuiden. Een uitdagende en leerzame opdracht voor een grote internationale onderneming in de visserij, viskweek, visverwerking en vishandel. Ik ben dankbaar dat ik deze kans heb gekregen om mijn kennis en vaardigheden van zowel programmamanagement als impact ondernemen te kunnen vergroten. Het heeft mij ook bevestigd in mijn ambitie om zelf een impact ondernemer te willen zijn.

Om echt impact te kunnen maken heb ik mij aangesloten bij het team van ESG-professionals van Empact.

Derk Jan Berends